|
Historie
De Pasman Stichting is vernoemd naar Jan Hendrik Willem Pasman, geboren te Steenwijk op 7 oktober 1895 en overleden te Wassenaar op 15 juni 1980. Hij liet geen kinderen na.
De naam Pasman was bekend in Steenwijk en omgeving, waar de vader van Jan Pasman een bacon- export slachterij exploiteerde. Pasman’s slachterijen en fabrieken gaven begin twintigste eeuw aan velen uit Steenwijk en omgeving werk.
Jan Pasman ving zijn actieve leven aan in de onderneming die zijn vader had opgericht in Steenwijk en zette deze later voort met zijn broer. Nadat deze industrie rond 1930 was verdwenen uit Steenwijk verhuisde Jan Pasman naar Wassenaar en legde zich toe op de exploitatie van onroerend goed.
Jan Pasman stond bekend als een krachtige persoonlijkheid met een sterke wil. Hij had grote bestuurservaring en kennis van zaken. Zijn intelligentie, mensenkennis, organisatietalent en autoriteit maakten Jan Pasman tot een geboren leider.
Naast zijn zeer actieve zakenleven bewoog hij zich op velerlei gebieden in de paardensport. Zo werd hij een enthousiast spring- en jachtruiter, maar ook een verdienstelijke amateur jockey. Hij was jarenlang voorzitter van de Zuid Hollandse Rij- en Jachtvereniging. Hij nam als springruiter ook deel aan wedstrijden en verwierf een prominente naam in de hippische wereld.
Dit leidde ertoe dat hij door det Minister van Landbouw, dr. Sicco Manscholt, in 1948 werd benoemd tot voorzitter van de Stichting Draf- en Rensport om deze na de oorlog weer op te bouwen. In 1952 werd hij gekozen tot algemeen voorzitter van de Stichting Nederlandse Hippische Sportbond, het overkoepelend orgaan van alle organisaties in Nederlands op hippisch gebied. Hij zet zich speciaal in voor de ruitersport en vooral ook voor de samenstelling van een Nederlandse equipe naar de Olympische Spelen. Deze organisatie werd jarenlang met groot succes door hem geleid.
|
|
|
Z.K.H. prins Bernhard en H.K.H. prinses Beatrix in gezelschap van de heer J.H.W. Pasman, voorzitter van de stichting 'Nederlandse Draf- en Rensport' op Duindigt, waar prins Bernhard zondagmiddag de Gouden Zweep heeft uitgereikt. |
|
Vanwege zijn grote verdiensten werden hem het officierskruis van de Huisorde van Oranje en het officierskruis In de Orde van Oranje Nassau verleend.
Zijn zakelijke successen, belangrijke functies en contacten hebben nimmer zijn eenvoudige manier van leven en omgang met mensen beïnvloed. Zijn devies was:
“Doe wel en zie niet om”.
Met al zijn realisme bleef hij een warmvoelend mens, die vaak anoniem goed deed.
Het oprichten van zijn Stichting waarin hij zijn gehele vermogen onderbracht - met als doelstelling het lenigen van geestelijk en lichamelijke nood - is daar het beste bewijs van.
|
|